Koeling
De mogelijkheden om te koelen zijn afhankelijk van de gekozen installatie om te verwarmen.
Naargelang het gewenste niveau van de koeling zijnde actief of passief, kan er gekozen worden voor verschillende toestellen die de kamer(s) zullen koelen.
AIRCO
Je kan koelen met een lucht-lucht warmtepomp (airco). Deze is opgebouwd uit een binnenunit en een buitenunit.
Lucht-lucht warmtepompen benutten de temperatuur van de buitenlucht door deze om te zetten in koele of warme lucht.
ACTIEF KOELEN
Bij actieve koeling keert men de werking van de warmtepomp om: de ingebouwde compressor koelt het water.
Het koude water stroomt door het afgiftesysteem (vb: vloerverwarming) en absorbeert de warmte uit de leefruimten.
Nadien onttrekt de warmtepomp de warmte uit het water en geeft het af aan de energiebron (de buitenlucht, bodem of het grondwater).
De warmtepomp kan continu gekoeld water tot 7 °C aanmaken, ideaal voor het gebruik met ventilo-convectoren voor snelle koeling. Bij vloersystemen zal de dauwpuntregeling ervoor zorgen dat er geen condens ontstaat op de vloer.
PASSIEF KOELEN
Bij passieve koeling gebruikt de warmtepomp de koelte in de bodem (±12 °C) om een aangenaam frisse temperatuur te krijgen in de leefruimten. Het water dat door het vloersysteem circuleert is ±15 °C. De temperatuur in huis koelt af en de opgenomen warmte wordt via het water van het vloersysteem teruggeven aan de aarde.
De temperatuur van de bodem is bepalend bij passieve koeling. Op het einde van de zomer is het beschikbare vermogen dan ook lager dan in het begin omdat de grond opgewarmd is. Bij passieve koeling werkt de compressor niet, waardoor deze vorm van koelen zeer energievriendelijk is.